Vrijdag met vrouwtje lief naar de cinema geweest en ervan genoten. Laat ik dus mijn bescheiden blogje eens aanwenden om wat reclame te maken voor een film: Mr. Nobody van de Brusselse regisseur Jaco Van Dormael. U had er misschien al over gelezen of gehoord, want in de pers kreeg de film lovende kritieken. De Standaard wijdde er bijna een volledige pagina in en was laaiend enthousiast, en ook Humo gaf een ongemeen positieve recensie. Regisseur Jaco Van Dormael verwierf wereldfaam met Toto le Héros (1991) en le Huitième Jour (1996) maar dan bleef het stil rond deze Belgische wonderboy. Veertien jaar lang! Zo lang had hij nodig om het verhaal dat hij in zijn hoofd had, op pellicule te krijgen. Veertien jaar, zoiets noemt men een levenswerk. Nadat je de film hebt gezien, begrijp je perfect waarom hij er zo lang over deed.
Voor zij die hun neus ophalen voor Belgische films alvast dit: wakker worden! De Belgische film is de voorbije 20 jaar van wereldklasse. De tijd van “Hector” ligt lang achter ons, en films als “De Zaak Alzheimer”, “Loft” of recent nog “De Helaasheid der dingen” hebben uw eigenste dienaar (die nochtans meestal bijzonder kritisch is) in vervoering aan zijn cinemastoel vastgekluisterd.
Terug naar Mr. Nobody. Een Belgische film, en ook weer niet: de film wordt gespeeld door Amerikaanse Hollywoodsterren (o.m. Jared Leto en de verrukkelijke Diane Kruger)) en is voor het grootste deel in het buitenland opgenomen (maar evengoed in Antwerpen of in Brussel). Het is allicht een strategische keuze: een Belgische film maakt anders geen schijn van kans om in het buitenland aan te slaan. Zonet hoorde ik op de radio zeggen dat Eric Van Looy een remake gaat draaien van Loft. Een Nederlandse remake, met Nederlandse acteurs én vast en zeker in lelijk oerhollands gesproken. Hoezo, vraagt u zich nu af, dat was toch al een Nederlandstalige film? Wel de waarheid is dat in Nederland geen hond er zit op te wachten om Koen de Bouw of Matthias Schoenaerts bezig te zien of naar hun zachte Vlaamse taal te moeten luisteren. Mr. Nobody is dus een Engelstalige film, en dat is mij prima. En ik hoop dat onze Waalse en Franse zuiderburen vooral niet beginnen met de stemmen te dubben met Frans gekwetter. Gewoon ondertitels leren lezen, mensen, en genieten van de originele stemmen (die krakende stem van de oude Nemo!)
Mr. Nobody is de duurste Belgische produktie ooit: 50 miljoen Euro (da’s 2 miljard oude Frankskes) en ook dat begrijp je nadat je de film hebt gezien. Van Dormael heeft het zich niet gemakkelijk gemaakt. Alles was hij in zijn wonderlijk hoofd had, heeft hij willen weergeven. De film speelt deels in een verre toekomst (2092), er zijn zelfs ruimtereizen naar Mars, en alles erop en eraan qua adembenemende futuristische decors, ruimtetuigen en zelfs gadgets (nu weten we ineens hoe een krant er in de toekomst zal uit zien!). Er wordt voortdurend gebruik gemaakt van de meest moderne filmtechnieken, wat voor verbluffende beelden zorgt en ongelooflijke visuele effecten. Zoals Humo schreef: het is een roller-coaster: instappen en laat alles maar op je afkomen. Je valt samen met een regendruppel vanop kilometers hoogte naar de aarde toe, je dwarrelt mee met een dor herfstblaadje doorheen het landschap. Beelden van honderden fietsen die door de ruimte zweven, macro-opnamen van kippenvelhaartjes die recht komen, een slippartij en duik in een meer alsof je zelf mee in de auto zit. Je hebt het ene beeld amper geassimileerd of het andere duizelingwekkende shot komt al op je af. Bij momenten zo surrealistisch dat je de indruk hebt een schilderij van Magritte te bekijken: de scène met de engelen, compleet met rondwandelende eenhoorn, bijvoorbeeld. Soms overviel me het gevoel dat ik had toen ik als 8-jarig kind door mijn vader werd meegetroond naar “2001, A Space Odyssey”, van Stanley Kubrick, ook al zo’n explosie van beelden, kleuren en klanken. Met het verschil dat ik 2001 nooit helemaal begrepen heb – ondanks ik hem toch wel een keer of vier gezien heb – terwijl Mr. Nobody hooguit voor enige verwarring zorgde, te wijten aan het intrigerende thema dat de film behandelt.
De muziek, ronduit schitterend, en steeds toepasselijk, met Doo-Whop nummers uit de jaren ‘60, beats uit de jaren ‘80 (zoals de Eurythmics) en als kenwijsje het aanstekelijke “Mr Sandman… bring me a dream”
Maar waar gaat het nu over, zit er eigenlijk wel een verhaal in, vraagt u nu. Absoluut, meerdere verhalen tegelijk, oneindig veel verhalen zelf! Oei dat klinkt gecompliceerd. De film gaat over hoe toeval of keuzes ons verdere leven bepalen. Iets waar iedereen ongetwijfeld al vaak over heeft nagedacht, vooral wanneer er u een ongelukje is overkomen. Dan is het van “oh was ik maar” en “oh had ik maar”… Zo een toevalligheid (op een bepaald moment op een bepaalde plek zijn) of een bewuste keuze stuurt uw leven mogelijk een totaal andere weg uit dan wanneer het niet was voorgevallen of u er niet voor had gekozen. Soms komen die wegen later wel terug samen, soms ook niet. Van Dormael stelt het leven voor als een stratenplan. Aan het eerste kruispunt moet je een afslag kiezen. Die afslag leidt wat verder weer naar een kruispunt waar je weer moet kiezen. De vertakkingen en de mogelijke combinaties zijn eindeloos. Soms zijn het slechts kleine varianten van elkaar, soms zijn ze radicaal anders.
Het hoofdpersonage van de film, Nemo Nobody, blikt op 117-jarige leeftijd terug op zijn leven. Maar hij herinnert zich verschillende levens, die allen afhingen van bepaalde keuzes die hij maakte. Als klein kind stond hij voor een hartverscheurende keuze: zijn vader of zijn moeder volgen, toen die uit elkaar gingen. Met de ene keuze, zijn moeder, belandt hij in de USA, met de andere blijft hij bij zijn vader in Engeland. In Engeland was hij dan later met Elise getrouwd, een neurotische en depressieve vrouw, of met Jean, beeldschone Aziatische met wie hij een liefdeloos maar voor de rest perfect huwelijk zou hebben.In Amerika zou hij de liefde van zin leven ontmoet hebben, Anna, van wie hij jammerlijk genoeg weer gescheiden geraakt en die hij voor de rest van zijn leven zal achterna speuren.
Elke variante kent evenvele sub-variantes, afhankelijk van beslissingen of toevalligheden, die alles weer een geheel andere wending geven. Al deze verhaallijnen worden door de regisseur bijna tegelijkertijd uitgewerkt. We springen voortdurend van de toekomst naar het verleden en weer terug, van het ene verhaal naar het andere, we zien Nemo met verschillende vrouwen, verschillende kinderen, als succesrijk zakenman of als clochard, hij sterft of leeft evenvele malen. De ongelooflijke verdienste van Van Dormael is dat hij dit alles heeft kunnen weergeven zonder dat het een compleet zootje is geworden. Elk van de drie levens van Nemo heeft zijn eigen omgeving, zijn eigen sfeer, kleuren of kledij. Ik ben er echt niet tureluurs van geworden.
Maar boven alles, is dit een film over romantiek en liefde, en hoe die afhangen van onze eigen keuzes of het toeval. De onvoorwaardelijke liefde tussen Anna en Nemo loopt als een rode draad door de film en het is duidelijk dat, van al zijn levens, dat met Anna het leven is dat Nemo het liefst had geleefd. Jazeker, behalve een technisch en visueel hoogstandje, is dit een mooie en ontroerende film. Naast ons zat een viertal puberende en luidruchtige meisjes, druk in de weer met hun GSM’s, en gewapend met grote zakken chips. We vreesden het ergste, maar binnen het kwartier was het doodstil aan die kant van de cinema, en op het einde zaten ze nog even stilletjes op hun plaats en zegden tegen elkaar “ooh maar dat was een keischone film”. Inderdaad.
Is dit de beste film die ik ooit zag? Weet niet, daarvoor zie ik er te weinig. Het is zeker en vast een van de betere films van de voorbije 10 jaar, en de beste Belgische film ooit. De eindgeneriek is een eindeloze lijst van namen (logisch voor zo een grote productie), velen daarvan Belgisch, en dat doet je nog maar eens beseffen: dit komt van bij ons!
De film duurt lang (2u17), en was gebaat geweest met een ietwat kortere versie (zo na een uurtje film geraakte de schwung er even wat uit, vond ik). Het is niet altijd even samenhangend; ach het leven is dat evenmin. Maar het is zeker de meest intrigerende film die ik ooit zag, één die mij achterliet met een gevoel van verwarring, van nostalgie en wat melancholie ook. Het is een film met veel vragen, maar weinig antwoorden. Een film over illusies (alles is mogelijk …als je maar de juiste keuze maakt), rond het universele thema “Wat als?”.
Na deze film stel je je vragen over je leven, en probeer je je die belangrijke momenten of beslissingen te herinneren die maakten dat je bent geworden wat je nu bent, met deze vrouw, deze kinderen, dit huis, dat beroep, die hobbies en je vraagt je af hoe het anders had kunnen zijn. En of je het anders had willen hebben. Het antwoord is nee, ik ben perfect gelukkig, maar ik heb natuurlijk niet, zoals Nemo, de mogelijkheid om al die diverse levens tegelijk te kunnen overschouwen. En dat is maar beter zo. Want zoals Van Dormael zelf zegde: al die levens zijn interessant en de moeite waard om geleefd te worden. Maar eens je ze kende, zou je niet meer kunnen kiezen.
Conclusie: gaat dat zien, voor ze hem niet meer spelen. Ik vrees dat deze film toch vooral de cinéfielen zal aanspreken en dus gauw weer uit de zalen zal verdwijnen, en ook internationaal loopt het precies niet storm. Duimen dat de Jaco er zijn broek niet aan zal scheuren.
Nog wat links:
De officiële website (die jammer genoeg niet veel voorstelt, maar je vindt er de trailer)