dinsdag 21 augustus 2007

Meer domheid dan waterstof

Een reactie van de echtgenoot van Annette Van Houtte, naar aanleiding van het speleoongeval in Spanje op 4 augustus 2007 en de manier waarop het in de media verhaald werd.

Frank Zappa zei dat er meer domheid dan waterstof in het universum was, en gelijk had hij. Je hoeft maar, op gelijk welke nieuwssite, de reacties te lezen van Jan-met-de-pet, om die boutade bevestigd te zien. De doorsnee Vlaming is sowieso al een krak als het over cafépraat gaat, maar eens verscholen achter de anonimiteit van een computertje, gaan alle remmen los. Over alles en nog wat wil hij (of zij) zich dan een mening vormen, ook over zaken waar hij geen moer van af weet. En laat nu net speleologie één van die activiteiten zijn waar het grote publiek zich werkelijk maar weinig bij kan voorstellen. Jammer maar helaas: grotten zijn een verborgen wereld, en de mensen die ze ontdekken en exploreren zijn evenmin zichtbaar. Wat doen ze daar? Hoe gaan ze te werk? Wat drijft hen? Hoe klimmen ze die putten uit? Zovele vragen blijven onbeantwoord, want speleologie is immers de enige activiteit ter wereld, waarbij de deelnemers uit het zicht verdwijnen van zodra ze van start gaan.

In het allerbeste geval heeft de brave burger al eens een toeristische grot bezocht, u weet wel zo een spelonk met trappen, betonnen paadjes, TL-verlichting en een horizontaal parcours. De kans daar nog een losliggend rotsblok op je tenen te krijgen is vrijwil nihil. Met wat geluk kan hij daarna een stalactiet van een stalagmiet onderscheiden, maar dit volstaat echt niet om zich nog maar in de verste verte een beeld te vormen van een grot die 1000 of meer meters diep gaat (jawel recht omlaag dus!), zich over tientallen kilometers uitstrekt, waarin woeste ondergrondse rivieren bulderen, gigantische zalen voorkomen waarin je moeiteloos het Heyzelstadion kan nabouwen, rotsblokken liggen zo groot als 40 ton zware vrachtwagens, of die met verticale putten beginnen waarin je de Onze-Lieve-Vrouwe kathedraal van Antwerpen 3 keer op elkaar kan stapelen.
Grotten waarin tochten geen 45 minuten duren, zoals het klassieke wandelingetje in de Grotten van Han, maar wel 24 uur, of meerdere dagen. Grotten waarvan het exploreren fysiek, technisch en organisatorisch overeenkomt met het beklimmen van 8000 meter hoge bergen in de Himalaya… Alleen is hier niemand om je gade te slaan en achteraf te zeggen: knappe prestatie. Neen, meestal hoor je: “Zeg wat hadden die gasten daar eigenlijk te zoeken in die grot? Kunnen ze zo'n grotten niet beter afsluiten?”

Speleologie is een waardevolle activiteit. Mogelijk waardevoller dan een massa andere bezigheden - skiën bv. - waarin mensen op één week tijd overigens meer benen en voeten breken dan in de hele wereldwijde speleogeschiedenis (skiërs worden in het winterseizoen met volle gipsbussen of -vliegtuigen tegelijk naar huis afgevoerd - maar opgelet: mij hoor je niet klagen. Laat de mensen gerust hun sport beoefenen).

Moet een hobby persé een (maatschappelijk) nut hebben? Neen, gelukkig maar, anders konden we zowat elke vorm van vrijetijdsbesteding opdoeken. Maar laat speleologie nu net wél iets zijn dat op tal van domeinen een belangrijke bijdrage levert. Enkele voorbeelden - willekeurig en allerminst limitatief:
Dankzij het exploratiewerk van Vlaamse speleologen hebben dorpen op het Yemense eiland Soqotra (woestijnklimaat) nu drinkbaar water. Diverse skistations in de Franse Alpen worden voorzien van water, opgepompt uit ondergrondse rivieren die door speleologen zijn ontdekt. Speleologen liggen aan de grondslag van vele grote archeologische ontdekkingen (de in 1994 ontdekte Grotte Chauvet bv. met de meeste, mooiste en oudste grotschilderingen ter wereld). Alle toeristische grotten, die jaarlijks miljoenen bezoekers aanlokken en zelfs volledige dorpen van inkomsten voorzien (Han-sur-Lesse), zijn door speleologen ontdekt, geëxploreerd en in kaart gebracht. Dankzij de goede samenwerking van Belgische Speleologen en het Waals Gewest, weten burgers dat ze geen bouwgrond kopen waaronder zich een grot bevindt, waardoor hun huisje een paar jaar later scheefzakt (Zie Atlas du karst Wallon).
Speleologie is een sport, maar met vele wetenschappelijke zijwegen: biologie, geologie, hydrologie, archeologie, paleontologie, cartografie om er maar enkele te noemen, en met al die disciplines zijn speleologen bezig en begaan. Een doorsnee speleoloog is een sportman én wetenschapper tegelijk. Een boeiender hobby kan je amper bedenken.

Het exploratiewerk van Annette's club, SC Avalon, wordt op internationaal niveau geprezen. Gaat u eens met de Spaanse of Franse autoriteiten praten daar ter plekke, u zal niet horen praten over "verbieden, afschaffen" maar wel "die Belgen leveren hier al 10 jaar lang puik werk". De grot waarin Annette haar ongeluk had, ligt immers midden in een natuurreservaat. Speleologie gebeurt er in strikte samenwerking met de overheid, en wordt door de Spaanse autoriteiten zelfs als “wetenschappelijk werk” aanzien.
De Anialarra-grotten maken deel uit van een bergmassief van ongeveer 10 bij 15 km groot. Reeds 50 jaar lang wordt dit gebied elke jaar intensief geëxploreerd door speleologen uit o.m. Frankrijk, Spanje, Nederland of België, onder de overkoepelende vlag van ARSIP. In totaal zijn er nu meer dan 500 km (vijfhonderd kilometer, u leest goed) aan ondergrondse galerijen ontdekt, zijn er daar nu 4 grotten die dieper zijn dan 1000 m, en 17 die dieper zijn dan 500 m. Dat zijn kleppers, gelooft u mij gerust.

Speleoclub Avalon vzw bracht op 10 jaar tijd de Anialarra-grot van 9 naar 22 km lengte, voor een verticale diepte van 734 m.
(Nota dd. maart 2023: de jaarlijkse Anialarra-exploraties zijn nog steeds gaande, en tijdens de expeditie van 2022, bereikte de grot de lengte van 49 km en een diepte van 853 m). 

Daar doe je het voor. Twee exploratieteams lossen elkaar af, op 600 m diepte, en wisselen informatie uit. De gezichten spreken boekdelen: de grot loopt verder, er zijn weer nieuwe gedeelten ontdekt.


Speleologie is één van de weinige activiteiten ter wereld waarin nog onverkende gebieden kunnen worden ontdekt. Plaatsen waar nooit iemand tevoren, in geen honderdduizenden jaren, een voet heeft gezet. Het gevoel om als allereerste mens ooit ergens te komen, is onbeschrijflijk! Exploratie heet zoiets, en er was een tijd dat explorators gehuldigd werden, in plaats van harteloos te worden neergesabeld door tooghangers.

Elke berg is al beklommen, elke vierkante meter van deze planeet is bekeken, bestudeerd en gefotografeerd en vanuit onze luie stoel kunnen we met Google Earth er zelfs virtueel heen vliegen en ons even op de top van de Everest neervlijen. Met grotten gaat dat echter niet, en dat is net de charme van speleologie.
Speleologie is het laatste echte avontuur. Zelfs in ons kleine landje, is er nog een onbekende wereld te ontdekken. Speleoclub Avalon ontdekte meer dan 15 km aan nieuwe grotten in België, waarvan sommigen zo waardevol zijn dat ze door de Belgische overheid werden geklasseerd!
Maar helaas: speleologie is voor het publiek zo onbekend, zo vreemd en vooral zo weinig mediatiek dat er met deze vorm van exploratie bitter weinig eer te behalen valt. Niemand die ons bij onze thuiskomst staat op te wachten om ons tot ridder te huldigen. En eigenlijk, beste lezer, vinden we dat niet zo erg want we werken het liefst van al in de obscuriteit. Media-aandacht is ons vreemd. Voor de kwatongen die durven insinueren dat Annette na het ongeval zelf die media heeft opgezocht, zelf heeft gevraagd om persconferenties: integendeel, wij hebben geprobeerd de pers te mijden, maar het is totaal onmogelijk om aan die druk te weerstaan. Tientallen telefoontjes, e-mails, of ze staan gewoon voor je deur: u kan het zich niet inbeelden. Na onze terugkomst in België, hadden wij gehoopt dat het intussen "oud nieuws" zou zijn, en dat wij verder konden met ons leven. Niet dus. De media wilden persé het verhaal afronden...

Maar wat we wél erg vinden, is dat die media-aandacht ons enkel ten deel schijnt te vallen wanneer er eens uitzonderlijk iets misloopt. Dan lijkt het alsof hemel en aarde vergaat en alsof morgen de belastingen omhoog moeten gaan om die reddingskosten te kunnen betalen. Het ongeval van Annette was daar een goed voorbeeld van. Het was volle komkommertijd en dat hebben we geweten.
Uit vroegere ervaringen weet ik al wel dat je minstens de helft van wat er in de krant staat, met een zware korrel zout moet nemen. Deze keer hebben we vastgesteld dat het eerder 75% moet zijn. Een teenbreuk werd een beenbreuk; een diepte van 500 m werd 5 kilometer; tijden, leeftijden, gewichten, afstanden werden naar eigen goeddunken gehalveerd of verviervoudigd. Er werden kaartjes getoond van compleet andere grotten zoals de Gouffre de la Pierre St Martin terwijl het ongeluk gebeurde in het Systeem van Anialarra. 

Het nieuws (VTM/ATV) viste oude archiefbeelden op van een redding in een andere grot (je zag brandweerlui in de weer met pompen en slangen... maar de berg waar wij exploreren is gortdroog: alle water zit 400 m diep onder de oppervlakte!). Men toonde te pas en te onpas “de grotingang” doch het was wel een andere, die er zowat 6 kilometer van verwijderd ligt maar toevallig vlak naast de weg, en niet ver van het restaurant waar de voltallige persmeute zijn kamp had opgeslagen. Sommige nieuwszenders gingen zelfs onze leegstaande woning filmen, en de buren interviewen. Men pikte ongegeneerd foto's van onze website.

VTM diste een journalist op die kwam beweren dat Annette totaal uitgeput was (moe was ze zeker, echter tot op het laatste moment lucide en alert), dat ze zich schuldig voelde, vergiffenis aan haar redders had gevraagd, stijf stond van de antibiotica die ze ondergronds had gekregen (ze is allergisch aan antibiotica, en de speleoartsen hebben dat dan ook niet durven toedienen), dat het de grootste reddingsactie ooit was, een nachtmerrie, een catastrofe. En wat te denken van "ze vertrok naar het ziekenhuis zonder haar redders te bedanken": hoe grof kan een journalist wel niet zijn?
Sorry kerel: droom maar lekker verder, maar hou een volgende keer je sensationele fantasieën voor jezelf, in plaats ze aan half tv-kijkend Vlaanderen voor te schotelen. Je speelt met mensen hun gevoelens, en ik ben vrij zeker dat je het zelf evenmin zou op prijs stellen, mocht iemand over jou op tv nonsens staan uitkramen. En kijk eens wat meer naar de collega's van VRT, die de hele reddingsactie heel wat serener en objectiever brachten.

Maar het ergste van al: iemand - allicht een zelfverklaarde specialist in speleologiereddingen - ging eens zelf even becijferen hoeveel die redding zou kosten, en kwam na een ongerijmde berekening op 125000 Euro. Wat resulteerde in een tekst in een artikel: Redding kost ‘maar’ 125000 Euro. Let op de ‘maar’ die door de journalist bewust tussen aanhalingstekens werd geplaatst.
Vertelt u mij eens: wat is de journalistieke waarde van zo’n kop? Waarom die ‘maar’ met aanhalingstekens?
Bedoelde hij, dat de burger nog van geluk mocht spreken, dat het niet meer was?
Die titel was overduidelijk bedoeld om wat vuur te stoken.
En inderdaad, dit bedrag werd door de andere kranten overgenomen en ging gauw een eigen leven leidden. En bepaalde oude dametjes die nu eenmaal alles geloven wat er in de krant staat, begonnen zich alvast zorgen te maken en hielden hun hand stevig op hun “sakosje” en hun portemonnee. Want wie weet draaiden zij daar wel voor op, voor die Van Houtte, dat roekeloos stuk BV! Vast en zeker had ze haar voet opzettelijk gebroken, om aldus ook eens op tv te kunnen komen.

Wel sta me toe om even wat toelichting te geven. De berekening van onze journalist is te absurd voor woorden. Wat te denken van 4000 Euro voor een mobiel hospitaal (dat er niet was), of 23000 (drieëntwintigduizend!) Euro voor voedsel voor het reddingsteam: dacht hij soms dat we elke dag in het plaatselijke driesterrenrestaurant zijn gaan eten? De reddingswerkers zijn drie dagen in de weer geweest, hoofdzakelijk in de grot, en daar speel je op 24 uur in het beste geval een paar Snickers en een suikerwafel binnen. De mensen buiten hebben twee keer een uitgedroogde sandwich gegeten. That’s it. Een reddingsactie betekent: alles geven dat je in je hebt, niet slapen, geen tijd voor eten, het is werken en nog eens werken.
En ons wiskundig genie baseerde zich ook op 74 "specialisten" gedurende 3 dagen, aan 25 Euro per uur. Onze cijferaar was al wel zo goed geïnformeerd dat hij wist dat brandweer, Guardia Civil e.d. niet in rekening mochten worden gebracht (zie verder), maar dat die "specialisten" dus de gewone Franse en Belgische speleologen waren, die daar quasi gratis de redding hebben uitgevoerd, zover ging zijn kennis niet. Een bedrag van zomaar even 70000 à 80000 Euro becijferde hij daarvoor. Mag ik alvast de bankrekening van onze club geven? Van onze expeditie alleen al, namen er 12 mensen gratis aan de redding deel!

Tevens even opmerken dat er op geen enkel moment zoveel mensen tegelijk bezig zijn geweest. Zo gaat dat: een reddingsactie bouwt zich op en er worden ploegen gevormd, die elkaar aflossen. Er waren meer dan 15 verschillende ploegjes aan het werk, die elk hun deel van de klus klaarden en dan weer uit de grot gingen.

Mensen denken blijkbaar dat zo een redding enkel gebeurt door de bekende hulpdiensten zoals brandweer, gendarmerie of Civiele Bescherming. Die indruk wordt opnieuw door de media gewekt, die natuurlijk veel liever en gemakkelijker een spectaculaire rode Landrover met een blauw knipperlicht filmen, dan een ploeg hardwerkende speleologen die zich diep onder de grond, en ver van de camera’s, in het zweet werkt. De media die telkens weer opnieuw in het nieuws zeggen: "reddingswerkers van de brandweer zijn bezig met de redding uit te voeren."
Nee, VRT, VTM en anderen, schrijf het op, pin het boven uw bed, leer het nu eens van buiten: een redding in een grot wordt uitgevoerd door speleologen. Aangezien het afdalen in grotten veel kennis vereist van speciale technieken, en het uit een grot takelen van een brancard nog veel meer, gebeurt de ondergrondse redding enkel door mensen die het ondergronds milieu kennen en zich daar veilig in weten voort te bewegen. Speleologen redden zichzelf en/of elkaar, en dat is een uniek gegeven dat in vrijwel geen enkele andere sport bestaat. Professionals? Nee, het spijt me u te moeten teleurstellen, er zijn geen professionele speleologen.

Amateurs wel dus, mensen zoals Annette zelf. Mensen die speleologie als hobby beoefenen, in clubverband, en die zich daarenboven ook nog eens geschoold hebben in ondergrondse reddingstechnieken, om aldus hun medespeleoloog in noodsituaties te kunnen helpen. Deze mensen zijn georganiseerd en gestructureerd in een orgaan dat “Speleo Secours” heet, maar nogmaals: het is geen officiële overheidsinstelling, maar wordt wel erkend (en in België is er bv. een conventie tussen de Spéléo Secours Belge en de Protection Civile).
En neen, die mensen riskeren daar hun leven niet, een reddingsactie verschilt niet zoveel van een gewone grotuitstap. Die mensen zitten in een (ondergronds) milieu dat ze door en door kennen, waarin ze zich goed voelen en graag vertoeven.
De meeste speleo’s zijn trouwens terug uit de grot gekomen met fonkelende ogen. Doodmoe, maar gelukkig en blij. Blij om aan de redding van een vriendin te hebben kunnen meewerken (want Annette kende het merendeel van haar redders al sinds jaren), maar ook blij om zo een mooie en formidabele grot te hebben kunnen bezoeken als de Anialarra. Sommigen hebben zelfs hun diepterecord gebroken, zoals de speleodokter, Ph. Cretal, die in het eerste team zat dat bij het slachtoffer is geraakt. De man was nooit 600 m diep gegaan en is nu een ervaring rijker.

De berekening van onze journalisten loopt dus manker dan mank. Ikzelf heb reeds enkele malen deelgenomen aan een reddingsactie in België, en ik kan me echt niet herinneren dat ik daar rijk mee geworden ben. Sterker nog: ik zou er nog niet voor betaald willen worden! Speleologen onderling zijn zeer solidair. Ik red jou, de volgende keer red jij mij. Centen hoeven we daar niet voor.
Het is wel zo dat in sommige landen, die vrijwilligers een kleine vergoeding krijgen voor de uren dat zij bezig waren (en was het maar 25 Euro/u, zoals de journalist becijferde! Het is er nog geen fractie van!), maar deze kost wordt niet aan het slachtoffer aangerekend, vanuit het principe: reddingsdiensten zijn gratis, in de meeste Europese landen.
Nota: na de reddingsactie ontvingen de 12 speleologen van Speleoclub Avalon en de Anialarra Expeditie, die meewerkten aan de redding, elk +/- 100 € onkostenvergoeding. Zonder enige uitzondering hebben zij allen dit luttele bedrag afgestaan ten bate van de expeditie zelf.  

En volgens datzelfde principe, is ook de interventie van Brandweer, Civiele Bescherming of Guardia Civil, gratis. Want inderdaad, die hulpdiensten zijn soms eveneens bij zo een redding betrokken, maar dan voor logistieke ondersteuning, zwaar materieel, radioverbindingen, eventueel helikoptertransport. En zij vervullen een zeer nuttige en noodzakelijke rol, en tijdens deze redding was de samenwerking tussen al deze diensten en de Speleo Secours, optimaal, en wij danken hen van ganser harte.
Die diensten, die bestaan al, die staan reeds ter beschikking van de hulpbehoevende bevolking. Of er nu al dan niet een huis in brand staat, een verdwaalde wandelaar van een berg moet worden gehaald of uw kelder moet worden leeggepompt, of er zelfs gewoonweg niets te redden en te helpen is die dag! Zo is onze democratische maatschappij nu eenmaal georganiseerd, en de dag dat uw huis in brand staat, uw kelder ondergelopen is of u uit een autowrak moet worden gepeuterd, zal u daar héél blij om zijn en het nut van deze diensten allerminst in vraag stellen (en hoogstwaarschijnlijk evenmin aandringen om toch maar een factuur te krijgen).
Uiteraard, hebben deze diensten tijdens een interventie extra kosten: overuren, benzine, materiaal, enz. Doch deze zijn niet in de grootte-orde van wat sommige kranten hebben doen circuleren! En mochten er toch van dergelijke kosten worden aangerekend: elke speleoloog van het Verbond van Vlaamse Speleologen, is verplicht zich te verzekeren. En een belangrijke waarborg van die verzekering betreft het luik “reddings- en opzoekingskosten”.

Ter info: bij wijze van oefening hebben we, samen met de mensen van de Speleo Secours Français, de kosten geraamd. We kwamen aan 1/10 van het bedrag van onze journalist-specialist. En is tenslotte, al dit gecijfer niet totaal ongepast? Want uiteindelijk, wat zijn we nu aan het berekenen? Juist ja, de prijs van een mensenleven.

Om af te ronden: er gebeuren in speleologie uitzonderlijk weinig ongevallen. Slaat u er de kranten van een heel jaar maar eens op na. De weinige ongevallen (in België +/- 2 per jaar) die er dan nog gebeuren, zijn meestal banaal, en komen vaak voor bij dagjesmensen die voor de eerste keer in hun leven eens een grottochtje maken. Dat zijn zelfs geen speleologen!
Echte speleologen zijn zich terdege bewust van de risico’s en proberen, door doorgedreven training en oefeningen, deze tot een minimum te beperken. Doch, zo eens in de 40 jaar (mijn vrouw beoefent WEKELIJKS speleologie, sinds haar 9de) gebeurt er dan toch eens een ongelukje. Een rotsblok dat plots omkantelt, een voet die zich op de verkeerde plaats bevindt. Een fractie van een seconde... en te laat.
Ook de beste automobilist maakt wel eens brokken, op een 40-jarige carrière, en het is verdomd hard om daarop te worden afgerekend, zeker wanneer het je fout niet was… zoals bij Annette.

Vrouwtje, je bent een kei, trek je van alle praat op de nieuwssites niets aan. Binnen een paar maanden sta je er weer, en verkennen wij samen weer nieuwe werelden. Laat die Jan en Maria Modaal gerust denken wat ze willen, verder hun pint leegdrinken en hun breiwerk hervatten. En wat een geluk dat ze niet allemaal in die grotten willen kruipen. Het is er zo al soms krap genoeg.